maandag 16 november 2009

Kaassoufflé

De zeventiger jaren blijven me maar om de oren slaan. In de NRC afgelopen weekend heeft Janneke Vreugedenhil een uiensoeprecept gegeven. Toevallig gaf ik laatst ook een eten met uiensoep op het menu. Ik had een oud Paul Bocuse boek op de rommelmarkt gekocht. Dan krijg je dat soort neigingen ook. Mijn gasten, van mijn leeftijd, raakten ook helemaal enthousiast. Sta je met zijn allen om de oven: waaaaat, gooit hij het broodje eerst in de kom, dan pas soep erover? Neen, dat gaan wij anders doen.

Maar lekker was het allemaal weer wel.

Bij de NRC uiensoep dook ook de Beaujolais Primeur weer op. Ik heb een enorm vooruitziend blogje. Straks komt Ben Pon nog met een opgegraven Concorde overvliegen om de primeur snel bij ons te krijgen. Zal wel niet, die heeft een Californisch wijnhuis tegenwoordig.

Nu het zo'n rotweer is, begin ik me thuis wat meer in te zetten om te leren koken. Ik probeer me technieken eigen te maken. Afgelopen weekend moest ik een soufflé maken. Van mezelf dus. Een techniek die je "moet" beheersen. Komt ook omdat ik naar Julie en Julia was geweest en wat oude filmpjes van Julia Child op You Tube had bekeken.

De eerste schok uit de eenentwintigste eeuw was dat vriend F. , gevraagd naar hoe hij een soufflé zou maken, antwoordde dat hij deeg om kaas zou wikkelen en dat frituren.

Oei.

Om hem bij te brengen dat een kaassoufflé oorspronkelijk iets anders is dan wat je in de snackbar kan verkrijgen, heb ik heel eenentwintigste eeuws kaassoufflé gegoogled.

Het lemma op Wikipedia :
Een kaassoufflé is een snack van een stuk kaas met daaromheen bladerdeeg en paneermeel.

De kaassoufflé wordt in de frituur gebakken waardoor de kaas smelt en heel erg warm wordt. (......) Een heel ander gerecht is de in de oven vervaardigde kaassoufflé, die bestaat uit een roux, kaas en eieren. Het geklopte eiwit maakt deze soufflé luchtig. Dit is dan ook geen snack, maar een exquis gerecht, mits goed bereid.


Mmm, ik weet vrij zeker dat het tweede gedeelte er gisteren nog niet bijstond. Iemand is dus net als ik gisteren aan de kaassoufflé gegaan en heeft het lemma bijgewerkt.

Maar blijft schokkend toch? Dat de snack de oorsprong heeft overgenomen? Soms leeft taal teveel. Maar we hoeven ons waarschijnlijk geen zorgen te maken met de zeventigerjaren revival die we nu meemaken. Wis en waarachtig gaat de oude kaassoufflé weer op de kaart verschijnen.

Ik heb het gemaakt, maar eiwitten kloppen is nog niet mijn sterkste punt. Moet ik nog een paar keer doen. Soufflé was driekwart gerezen. Maar wel lekker. Ik had ook geen goede vorm. Moet ik even aanschaffen.

Volgende project is korstdeeg. Is me ook al die jaren nog nooit echt gelukt. Dat deeg waarbij je snel moet zijn, met koude boter en één hand.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten